De herfstvakantie is voorbij. Die eerste vakantie betekende ook een eerste rapport. Vol spanning sla je het open. Je leest. En bent wat verbaasd over wat je leest. Hier herken je jouw kind niet in. Er is duidelijk iets aan de hand. Maar wat?
Deze zinnen zijn een signaal
- “Probeert wel, maar lijkt zich niet volledig in te zetten in de les.”
- “Heeft duidelijk meer zelfvertrouwen nodig om tot betere resultaten te komen.”
- “Maakt regelmatig fouten bij eenvoudige opdrachten. Moet meer aandacht besteden aan nauwkeurigheid.”
- “Zou veel beter kunnen presteren als hij/zij zich meer durfde te uiten in de klas.”
- “Stelt te vaak vragen over zaken die eigenlijk al duidelijk zijn. Moet leren meer zelfvertrouwen te hebben in zijn/haar eigen antwoorden.”
- “Lijkt soms onnodig zenuwachtig voor toetsen, wat de prestaties beïnvloedt.”
Als ouder vraag je je misschien af: klopt dit beeld wel? Want jij ziet hoe hard je kind zijn best doet. Je ziet de tranen en de zenuwen voor elke toets. De nachten waarin je kind piekert en twijfelt aan zichzelf. Je weet dat het niet gaat om “te weinig inzet” of “meer zelfvertrouwen nodig hebben”. Dit gaat over iets anders. Dit gaat misschien wel over faalangst.
Het signaal van faalangst
Wanneer je kind faalangst heeft, zien anderen dat niet altijd meteen. Faalangst verstopt zich vaak achter gedrag dat op het eerste gezicht op ‘niet willen’ lijkt. Maar achter die ogenschijnlijke terughoudendheid, vragen en fouten, schuilt vaak de angst om te falen.
Neem bijvoorbeeld de opmerking: “Maakt regelmatig fouten bij eenvoudige opdrachten.” Dat klinkt alsof je kind niet goed oplet, maar in werkelijkheid kan het juist die druk zijn die ervoor zorgt dat ze fouten maken. De stress van “Ik mag geen fout maken” blokkeert hun vermogen om helder te denken.
Of de opmerking: “Zou beter kunnen presteren als hij/zij zich meer durfde te uiten.” Durven je mond opendoen in een klas vol kinderen kan voor een kind met faalangst aanvoelen als een enorme berg die ze niet kunnen beklimmen. Die angst om iets verkeerd te zeggen is verlammend.
Kijk voorbij de woorden
Als je deze opmerkingen herkent, kijk dan verder dan wat er letterlijk op het rapport staat. Faalangst belemmert kinderen op allerlei manieren in hun leerproces. Het gaat niet om willen of kunnen, maar om durven. Durven fouten te maken, durven vragen te stellen, durven zichzelf te laten zien.
Een kind met faalangst wil vaak juist alles heel goed doen. Maar de angst om fouten te maken, houdt ze tegen. En hoe meer druk ze voelen, hoe groter de blokkade wordt.
Wat kan je doen?
Het goede nieuws is dat faalangst te herkennen én te begeleiden is. Je kind hoeft niet in die constante spanning te blijven zitten. Met de juiste aanpak en begeleiding leren ze om met die angst om te gaan, zodat ze hun volle potentieel laten zien.
Merk je dat jouw kind zichzelf tegenhoudt door angst? Zie je de stress voor toetsen of de terughoudendheid in de klas? Dan is het belangrijk om te onderzoeken of faalangst een rol speelt.
Ik help je hierbij. Samen onderzoeken we waar die angst vandaan komt. En vooral hoe je kind ermee leert omgaan. Met de juiste steun krijgt je kind weer het vertrouwen om te durven proberen, zonder angst voor fouten.
Want leren is juist groeien door fouten te maken. Faalangst hoeft geen belemmering te zijn, zolang we het tijdig herkennen en aanpakken.
Zet je kind op het pad naar meer zelfvertrouwen. Niet door de lat hoger te leggen, maar door hen te helpen durven springen!